In de Commissie Institutionele Hervormingen, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid werd deze week een debat gevoerd over de verduurzaming van de Belgische zeevisserij. Vlaams Parlementslid Patrick De Klerck heeft in het kader daarvan opgeroepen tot blijvende aandacht voor een leefbare zeevisserij aan onze kust.
De Belgische zeevisserijsector staat sterk onder druk. De Europees toegekende quota dalen vanwege overbevissing en de bedreiging van vispopulaties. De afgelopen zeven jaar kende de sector een gemiddeld verlies van 1000 ton per jaar. De consument wordt terecht veeleisender en hecht steeds meer belang aan de duurzaamheid van de vis op zijn bord. Daarnaast heeft de visserij hoge kosten. Denken we maar aan de stookkosten die de pan uitzwingen. Ook door de manier van vissen, nl. met behulp van de boomkormethode, wordt veel stookolie verbruikt. Onze zeevisserij kampt met een tanende populariteit bij onze jongeren. Het ene brengt het andere mee. De harde arbeidsvoorwaarden in de traditionele visserij schrikt heel wat jongeren af.
Patrick De Klerck:” Het Instituut voor Landbouw en Visserijonderzoek (ILVO) noemt de boomkorvisserijtechniek voorbijgestreefd. Het wordt een uitdaging om alternatieven te ontwikkelen die energie besparen én die eenzelfde rendement genereren. De traditionele sector heeft veel geïnvesteerd in materiaal en is dus financieel verplicht om die investeringen ten volle te laten renderen. Gezien het gebrek aan valabele en evenwaardige alternatieven gebruikt slechts een kleine minderheid van de reders deze technieken. Maar deze alternatieven kunnen (nog niet) niet opwegen tegenover de boomkormethode. Belangrijk hierbij is dat de alternatieven worden uitgetest op actieve vaartuigen zodat meteen de effectiviteit en de efficiëntie op bedrijfsniveau kan worden vastgesteld. Voorbeelden van alternatieven zijn: een alternatieve ecologische boomkor, met rolsloffen, ontsnappingsroosters, panelen met vierkanten mazen, outriggervisserij. passief vistuig – oa staandwantvisserij en schakels en potten-, enz. (de ene al meer succesvol dan de andere…).”
Minister-President Peeters: “Men kan van alles uitproberen, maar op bedrijfsniveau moet het ook werken. Er wordt dus veel aandacht besteed aan een snelle implementatie van succesvolle technieken. De vloot bestaat momenteel voor 95 percent uit boomkorvaartuigen. Ze zijn bijzonder geschikt voor de visserij op tong en schol, onze Vlaamse specialisatie. Die vaartuigen kunnen echter niet zomaar met andere vismethodes worden ingezet en dienen de nodige aanpassingen en verbouwingen te ondergaan, onder andere voor de installatie van nettenrollen en specifieke winches. De lieren moeten worden aangepast. Een totale omschakeling op korte termijn is niet realistisch. Vandaar dat, naast het differentiëren van onze vloot naar onder andere niet gequoteerde soorten, er ook gezocht wordt naar visserijtechnieken die gebruikt kunnen worden op de boomkor, maar die minder energie verbruiken en qua visvangst veel selectiever zijn. Ik kreeg recent cijfers waaruit blijkt dat in vergelijking met januari 2007 de brandstofprijs in januari 2008 gemiddeld 50 percent hoger ligt. Als men dan weet dat in januari 2008 de gemiddelde besomming en de gemiddelde visprijs beduidend lager liggen dan vorig jaar, hoeft het weinig betoog dat de situatie voor heel wat reders momenteel absoluut niet rooskleurig is”.
Verder wordt er heel wat vis overbodig gevangen. Dat betekent sowieso een verlies. Positief is in ieder geval dat er kweekprogramma’s worden opgestart zoals de schaaldierculturen aan onze kust. Dat zijn allemaal goede zaken in een duurzame richting. Ook het opteren voor kwaliteitslabels draagt onze goedkeuring weg, zolang we door de bomen het bos nog zien (Belfish, MSC-label, Purus, …)”.
Het uitgangspunt is de economisch en ecologisch duurzame visserij. Dat moet het doel zijn voor ons allen. De keuze van een visserijmethode wordt in belangrijke mate bepaald door het type vaartuig en door keuzes die de rederij zelf maakt. De Vlaamse overheid geeft incentives om alternatieve visserijmethodes te promoten en doet dat reeds geruime tijd. Opzet is het promoten van alternatieve sleepnetvisserijen met de bedoeling het milieu minder te belasten en de kosten zoals brandstof maar ook materialen te reduceren. De Vlaamse en Europese middelen die beschikbaar zijn via het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquicultuursector (FIVA) en het Financieringsinstrument voor de oriëntatie van de visserij (FIOV), en straks via het Europees Visserijfonds (EVF) ter beschikking komen. Voor investeringsprojecten plant het FIVA naast een kapitaalpremie of rentesubsidie ook de mogelijkheid om een ecobonus toe te kennen.