19/03/2008

Nieuwe Commerciële en duurzame Belgische kieuw- ankerkuilen- en warrelnetvisserij

Belfish, het Belgisch keurmerk voor duurzaam gevangen vis, bericht dat vier rederijen aan onze kust (N95, O554, 032 en de O369) onder begeleiding van het ILVO (Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek) overstappen op de duurzame Commerciële kieuw- en warrelnetvisserij.

Er kunnen twee grote groepen nettenvisserij onderscheiden worden op basis van een licht verschillend vangstmechanisme. Bij kieuwnetvisserijen wordt maatse vis gevangen doordat de maas net iets kleiner is dan de lichaamsomtrek van de vis. Wanneer de vis het netgaren opmerkt en terug wil zwemmen, is het al te laat. Het netgaren blijft hangen achter het kieuwdeksel. De vis is ‘gekieuwd’. Warrelnetvisserijen maken veeleer gebruik van de vechtlust van een vis. Wanneer een vis in aanraking komt met een warrelnet, zal hij zich kronkelen om er uit te geraken. Hierdoor verwart hij zichzelf meestal nog verder in het net tot hij finaal volledig vast komt te zitten.

Rederij Goede Hoop (Z55) gaat dan weer onder begeleiding van het ILVO, de Rederscentrale en Belfish het zogenaamde “ankerkuilen” testen. Deze vistechniek is met een zakvormig net van zeer grote afmetingen (breed 12, diep 6 en lang 40 tot 55 m) dat in stromend water (eb en vloed) met de schokker verankerd ligt. Er is geen sprake meer van een hoog brandstof verbruik en ook de milieuschade is hier beperkt…of zelfs nihil.

De Belgische visserijsector telt zowat 110 vaartuigen, waarvan meer dan 90% de boomkorvisserij beoefent, naast een aantal bordenvissers. Alle visserijmethodes van de Belgische vloot hebben af te rekenen met dalende visbestanden, maar het zijn voornamelijk de sleepnetvisserijen die recentelijk met grote problemen geconfronteerd worden. Vooral de stijgende brandstofkosten, waardoor ook de visserij op de Vlaamse Purus garnalen noodgedwongen tijdelijk moest worden stopgezet. De toenemende kritiek op de milieu-impact van sleepnetvisserijen kunnen de toepassing van deze visserijen in de toekomst beperken, al zitten volgens Belfish Directeur Peter Cooleman niet alle wetenschappers hierover op een zelfde lijn.

Op korte termijn kunnen brandstofbesparende maatregelen en technische aanpassingen het probleem van de kostenstructuur en de milieu-impact beperken, maar in bepaalde omstandigheden moeten we ons de vraag durven stellen of meer geschikte methodes zoals tongvisserij met schakels en andere passieve visserijmethodes niet beter geschikt zouden zijn in termen van rendabiliteit, ecologie, en veiligheid, zegt Cooleman.

De afhankelijkheid van brandstof valt bij deze visserijmethoden namelijk quasi volledig weg. Bovendien hebben tongvissers van Hastings aangetoond dat de methode potenties heeft voor een milieuvriendelijke visserij. Zij hebben namelijk het MSC-label verkregen voor hun visserij met schakels. Voor onze Belgische visserij zit volgens Peter Cooleman het MSC label er nog niet in. Niet omdat de wil niet aanwezig zou zijn om duurzaam te vissen maar omdat het label zelf voor onze visserij financieel niet betaalbaar is, aldus nog Peter Cooleman.

Onze vissers investeren liever in duurzame vistechnieken dan in een label. Daarom onderzoekt het ILVO diverse types duurzame visserij voor een deel van de Belgische vloot op lange termijn een structurele oplossing te bieden voor de huidige problemen in de visserijsector. Echter zonder daarbij nieuwe of bijkomende problemen te creëren, onder meer voor andere componenten van het ecosysteem.

Visserijen met kieuw- en/of warrelnetten veroorzaken doorgaans weinig tot geen bodemimpact en de teruggooi is meestal vrij klein, zegt Dirk Verhaeghe van Fishing Gear Technology Section. In die zin zijn deze vistuigen veel minder schadelijk voor het milieu dan sleepnetten, al zijn ook hier wettenschappelijke onderzoeken bezig om deze technieken duurzamer te maken.