De vlucht naar Engeland
Na het bombardement op Heist op vrijdagavond 17 mei besloot Leopold Vantorre te vluchten naar veiliger oorden met zijn vaartuigen en de hele familie. De Franse troepen in Zeebrugge hadden er namelijk mee gedreigd alle vaartuigen te zullen kelderen om ze onbruikbaar te maken voor de oprukkende vijand. Ivonnes man was op dat moment in dienst. Ze moest van haar vader echter meevluchten met de familie. “We zullen mekaar allemaal wel zien in Frankrijk”, suste hij. Tijdens de vlucht maakte Ivonne in het Franse Dieppe op 21 mei 1940 het zware bombardement mee op de Vlaamse vissersvloot, waarbij 42 vissers het leven lieten. Eén van de Oostendse vaartuigen zag ze voor haar voeten in de lucht vliegen, toen het op een magnetische mijn voer. De houten vaartuigen van Leopold Vantorre slaagden er echter in naar Engeland te ontkomen. In Weymouth moesten vrouwen en kinderen van boord af. Ze werden op diverse plaatsen in Londen opgevangen; eerst in Wallington en vervolgens in Kingston-upon-Thames. In Londen werkte ze samen met haar broer Léon, zus Clara en de Franse huisgenoten Margot en Marie-Therèse Murand in een wijnfabriek. Ook een Oostendse vriendin Lucy was er aan de slag. Bij het vullen van de flessen gebeurde het echter regelmatig dat het hevelsysteem door papperige wijndroesem verstopt raakte. Dan moest Ivonne met de mond aan de vulkoppen zuigen tot de wijn opnieuw begon te vloeien. Daarbij kreeg ze telkens een flinke slok drank naar binnen. Op een bepaalde morgen toen de wijn slechts met veel horten en stoten wilde vloeien moesten Ivonne en haar vriendin Lucy zo dikwijls tussenkomen dat ze zich licht in het hoofd begon te voelen. Toen het tijd was om te lunchen zagen broer Leon en zus Clara onmiddellijk dat vooral Ivonne boven haar theewater was. “De enige keer in heel mijn leven dat ik dronken geweest ben” glimlacht Ivonne als ze erover praat.
In hun vrije tijd deden ze echter ook vrijwilligerswerk. Na een reeks zware nachtelijke bombardementen kregen Ivonne, zus Clara en broer Leon namelijk het verzoek van een hoofdwarden van de dienst “Air Raid Precautions” (ARP) om te helpen puin ruimen in wijken die pas waren platgebombardeerd. Ze trokken hun oudste kleren aan en noemden het van dan af “onze bomtenu”. Met de bus togen ze op weg naar de plaats van het zware bombardement. Ivonne moest tussen het puin de bezittingen van de gebombardeerde mensen samenbrengen. Daarbij moesten ze zeer voorzichtig te werk gaan, en luisteren of ze onder het puin nog enig teken van leven hoorden. Toch deden zich zelfs te midden van dergelijke oorlogsverwoesting nog komische momenten voor. Toen Ivonne en haar broer tussen het puin een piano vonden, kwamen twee soldaten om het zware instrument weg te dragen, “en ondertussen speelde een derde soldaat erop” lacht Ivonne.
De officieren van De Gaulle
In Londen deelden ze een grote villa met de Franse familie Murand die goed bevriend was met Generaal De Gaulle. Die zond regelmatig Franse officieren naar de villa om na hun inzet op allerlei missies weer op verhaal te komen. Daar ontmoette Ivonne ondermeer Honoré d’Estienne d’Orves, de oorlogsheld die korte tijd later in Frankrijk gevat werd en op last van Hitler gefusilleerd werd.
Sokken en netten voor de bevoorrading van de troepen
In Engeland breide Ivonne ook veel sokken voor de soldaten. Omdat ze haar leven lang netten voor de visserij gebreid had kon ze de Engelse dames in Penzance ook leren hoe ze sneller en beter 'cabbage bags' konden breien. "Dat zijn netjes om rode-, groene-, bloem- en andere kolen naar de troepen te sturen". "Zo verdienden we wat geld om eens een nieuwe bloes te kopen", lacht Ivonne. De Engelsen waren zelf nog maar pas begonnen met de aanmaak van dergelijke netjes. Ivonnes methode was veel eenvoudiger en sneller. Ook verbruikte men zo minder garen. "We hadden zoiets pertang nog nooit gedaan, maar als je goed kan breien dan zie je algauw hoe het moet" laat Ivonne zich nog ontvallen. Ook de Engelsen begonnen direct 'cabbage bags' te breien volgens "the Belgian way". In Londen en later in Penzance was Ivonne vooral veel samen met Vlamingen zodat ze niet echt veel Engels heeft kunnen leren. De Belgische vissers zijn pas in augustus 1945 naar ons land gerepatrieerd. Toen was de oorlog zelfs in Knokke en Heist al maanden afgelopen. Bij haar aankomst in Heist verkeerde Ivonne nog steeds in het onzekere over het lot van haar man.
Na de oorlog
Onmiddellijk na de oorlog sloeg het noodlot toen. Het vissersvaartuig Zeebrugge 5 van haar vader verging op 25 oktober 1944 in een zware storm voor de Nederlandse kust. Eén broer en z’n zoon, plus twee schoonbroers van Ivonne, en een vriend van de familie kwamen daarbij om het leven. Uitgerekend op de dag dat het nieuws in Heist bekend raakte stond Ivonnes man Willy plots uitgemergeld voor haar deur. Hij was te voet uit de Russische zone terug naar huis gekeerd. Samen woonden ze in Heist in de Panneslag, het verlengde straatdeel, dat later ook de naam Pannenstraat kreeg. Ivonne heeft in Lindenhove haar intrek genomen in kamer 416 op 9 december 2007. Dit was na een val waardoor ze niet meer terug naar huis kon en rolstoelgebonden werd. Ze is dus wel tot 95 jaar alleen thuis gebleven. Ivonne krijgt nog veel bezoek van haar nichtjes die haar helpen met de was en andere praktische zaken. Ze kijkt graag naar televisie. “Familie” volgt ze dagelijks en ook koers of tennis ziet ze graag. Het is alleen jammer dat ze niet meer zo goed ziet. Ze is wel blij dat haar memorie nog steeds prima functioneert. Ivonne geniet ook van het gezelschap en het bezoek van de medebewoners. Ze is graag in Lindenhove en doet mee aan activiteiten als het niet te vermoeiend is. Ze is fier en probeert nog in alles zo goed mogelijk haar plan te trekken, maar soms is het moeilijk als je voor vele dingen hulp nodig hebt. Ivonne heeft een goede dokter die haar graag helpt en die ze al heel lang kent. Gelukkig moet hij niet te vaak komen.
Hoe werd Ivonne 100 jaar?
Wellicht zit het in de genen en heeft ze die van haar moeder geërfd. Valerie Viaene was afkomstig uit het Zoukte en werd 97 jaar. Samen met haar ongehuwde zus heeft Ivonne tot op het laatst altijd voor haar mama gezorgd. Wat wellicht ook geholpen heeft om zo oud te worden is het feit dat Ivonne zeer graag verse vis eet, voornamelijk paling. Maar als men aan Ivonne zèlf vraagt hoe het komt dat ze 100 jaar geworden is heeft ze een bijzonder gevat antwoord: “ik ben zo beleefd dat ik alle anderen eerst laat voor gaan” zegt ze lachend.
Het oorlogsverhaal van Yvonne Vantorre vormt onderdeel van het boek “Vlucht naar Penzance”