10/06/2008

Open VLD-er Mathias De Clercq tegen verbreding Schipdonkkanaal

Mathias De Clercq, volksvertegenwoordiger voor de Open Vld, kiest de zijde van het milieu tegen een verbreding van het Schipdonkkanaal. Reeds jarenlang voeren politici discussie omtrent de ontsluiting van de Zeebrugse haven via de binnenvaart. Om dit doel te bereiken wil de huidige Vlaamse regering het Schipdonkkanaal verbreden. Hiermee hoopt zij grote duwvaartschepen toe te laten, om van de Zeebrugse haven naar het binnenland te varen met als einddoel een aansluiting op de internationale verbinding Seine-Schelde. Naast een verbreding van het Schipdonkkanaal tussen Maldegem en Merendree stelt zij eveneens een samenvoeging van de naast elkaar lopende 'Blinker' (Leopoldkanaal) en 'Stinker' (Schipdonkkanaal) tussen Zeebrugge en Maldegem voorop. Uit de maatschappelijke kosten batenanalyse blijkt dat een samenvoeging van 'Blinker' en 'Stinker' geen haalbare optie is. De verbreding van het Schipdonkkanaal zelf is echter wel rendabel wanneer de Zeebrugse haven sterk genoeg groeit en het gaat om een beperkte verbreding. De totale kostprijs van dit project is zo'n 630 miljoen euro. Er loopt echter nog steeds een milieueffectenrapportstudie die pas eind 2008 zal klaar zijn. Zolang wacht de Vlaamse regering nog om een definitief standpunt in te nemen.

Mathias De Clercq is echter overtuigd dat er nu reeds voldoende elementen aanwezig zijn om zich tegen een verbreding van het Schipdonkkanaal uit te spreken. Vooreerst betekenen deze plannen een catastrofe voor de bewoners langs het Schipdonkkanaal: 187 woningen worden bedreigd met onteigening, anderen worden geconfronteerd met een waardevermindering van hun gronden en onroerend goed. Daarenboven dreigen bomen, weide- en watervogels, landbouwgronden, archeologische vindplaatsen en open ruimtes verloren te gaan. Ook de horeca- en toerismesector dreigt door de geplande verbreding rake klappen te krijgen. Dit alles zal verregaande gevolgen hebben voor de unieke sfeer en het historische landschap.Uit de studie blijkt bovendien dat men nog steeds geen oplossing heeft gevonden voor de sluipende verzilting, die zeer nadelige gevolgen zou hebben voor de fauna en flora, de landbouw en de kwaliteit van het grondwater. Daarnaast wordt in deze studie het verhoogde risico op wateroverlast en overstromingen in verschillende gemeenten niet ernstig genomen. In een droge en warme zomer dreigt er dan weer onvoldoende water beschikbaar te zijn om het verbrede kanaal te vullen. Dit water moet immers worden afgetapt van de Leie die nu reeds moet instaan voor een voldoende watermassa van het Kanaal Gent-Terneuzen. Ik wens te benadrukken dat ik niet ronduit tegen een betere ontsluiting van de Zeebrugse haven ben. Zo kan deze ontsluiting evengoed gebeuren via het alternatief van de estuaire vaart. Meer concreet betekent dit dat binnenschepen worden omgebouwd tot zeewaardige schepen die langs de kust kunnen varen naar andere havens. Het valt te betreuren dat in de haalbaarheidsstudie de mogelijkheden van de estuaire vaart niet eens werden onderzocht. Uit verklaringen die minister-president Kris Peeters vorig jaar aflegde blijkt nochtans dat via deze estuaire vaart een volume van 790.000 containers per jaar naar het hinterland en het Rijngebied kan vervoerd worden. Dit is het equivalent van een trafiek van 500.000 vrachtwagens of ruim 9.000 traditionele binnenschepen door Brugge per jaar. Ik pleit dan ook resoluut voor het alternatief van de estuaire vaart met zeewaardige binnenschepen, waardoor er meer vrachtwagens van de weg zullen worden gehaald dan via een verbreding van het Schipdonkkanaal. In de relatie tussen economie en milieu staat mijn inziens het liberale schadeprincipe voorop: iemands vrijheid eindigt waar die vrijheid dreigt anderen te schaden. In dit concreet geval wegen de economische voordelen geenszins op tegen de niet te overziene nadelen voor mens, maatschappij en milieu. Ik herhaal nogmaals mijn oproep om ten volle in te zetten op het alternatief van de estuaire vaart teneinde de rechtszekerheid voor de omwonenden te herstellen. In het kader van deze rechtszekerheid pleit ik bovendien voor een opheffing van de reservatiestrook langs het kanaal, waar bewoners reeds ettelijke jaren met een mogelijke onteigening worden bedreigd. Vandaag vindt in het Vlaams Parlement een hoorzitting plaats met de vzw 't Groot Gedelf, die zich eveneens verzet tegen de geplande verbreding van het Schipdonkkanaal. "Het moge duidelijk zijn dat ik hun grieven ondersteun. Ik kan immers onmogelijk aanvaarden dat bepaalde lobbygroepen binnen de Zeebrugse havensector, onder impuls van Joachim Coens en de West-Vlaamse CD&V, hun invloed misbruiken om de leefbaarheid in het gedrang te brengen. Ik maak me dan ook sterk dat ik, in het belang van de huidige en toekomstige generatie, voor deze lobbygroepen niet zal zwichten."